Een autistisch kind dat in de jaren veertig en vijftig opgroeide met een moeder die verbitterd is omdat haar angst voor succes zichzelf een mogelijke carrière in de opera heeft ontzegd. Deze woede vertaalt zich in een overbezorgdheid van haar geesteszieke dochter, zelfs in de volwassenheid van het kind. Maar een liefhebbende zuster, die zelf een arm heeft die verlamd is, is een bastion tegen de beperkingen die de moeder haar oplegt en helpt haar zuster uiteindelijk een voller leven te leiden.